Suzy het ‘lievertje’
Bijnaam: Lieveheersbeestje

Rang van de Kevers
Lid van de Coccinellae familie
Wetenschappelijke naam: Adalia sp
Wie ben ik?
Een schild? Waar? Ik heb geen schild, maar twee dekschilden zoals alle kevers. Het zijn mijn voorste vleugels die hard en gekleurd zijn geworden om mijn lichaam te beschermen, en mijn achterste vleugels zijn vliezig zodat ik kan vliegen. De kleur van mijn dekschilden waarschuwt eventuele predators dat ik niet lekker ben. En dus laten ze me gerust.
Opgelet, het aantal stippen op mijn dekschilden zegt niet hoe oud ik ben, maar wel mijn familienaam. Het motief hangt inderdaad af van de familie waartoe ik behoor. Ongeacht onze soort, wij leven maar twee tot drie jaar.
De baby lieveheersbeestjes lijken helemaal niet op hun ouders. Het zijn larven. Om een lieveheersbeestje te worden doorgaan ze vier stadia: het eitje, de larve, de nimf en uiteindelijk volwassen.
Het duurt ongeveer een maand voor een larve zich verandert in een lieveheersbeestje. Het avontuur begint bij het leggen van de eitjes. Het vrouwtje zoekt een blad uit dat vol zit met luis. Ze vestigt zich en legt tussen de 50 en 400 eitjes. De eitjes zijn héél klein en hebben een gele kleur. Na drie tot zeven dagen, komen de eitjes uit en komen er blauw grijze, gefuseleerde larven uit. Ze hebben een enorme eetlust: ze kunnen tot 150 luizen per dag eten.
Na drie weken begint de nimfose: de verandering van larve naar nimf: de larven maken met enkele zijdedraden hun onderlijf vast aan de onderkant van een blad. Zo blijven ze, helemaal opgerold en onbewegelijk hangen. Na acht dagen, zijn ze omgevormd tot een volwassen lieveheersbeestje. Dan breekt de cuticula (het velletje) van de nimf en een lichtgele volwassene komt er uit. In 48 uur droogt het lieveheersbeestje op, en kleurt (in de meeste gevallen) rood met zwarte stippen.
Omdat er in de winter geen eten is voor mij, overwinter ik met mijn broers en zussen onder stenen, schors van bomen, dode bladeren, oude stammen, mos, op de zolder … en in sommige gevallen zelfs in de kozijnen van ramen en deuren.
Niet alle lieveheersbeestjes eten luizen, sommigen eten liever paddenstoelen. Nog anderen mijten of wolluizenen maar allemaal zijn we zeer nuttig om je te helpen om jouw tuin te beschermen.
Portraits de famille

De woning
Stappel stukken karton in een BeeWelcome module en plaats hem in de hoogte. Doe de module toe met een deurtje, bij voorkeur een vlinderdeur. De lieveheersbeestjes zullen er in komen overwinteren of zich beschermen van het slechte weer. Voor een optimaal succes, zet je de module best naar het Zuiden om hem te beschermen van het slechte weer en om een maximum aan zonlicht te krijgen. Deze module kan ook dienen voor vlinders. Deze twee insecten zijn geen concurrentie van elkaar.
De kost
Naar gelang de soort, voeden ze zich met luizen, wolluizen, mijt of paddenstoelen. Plaats de module dicht bij de planten, de rozelaars of de moestuin, die je wilt beschermen. De babys gaan je helpen om het ongedierte te bestrijden.
